Elke euro bezuiniging op onderwijs kost later zes euro. Het kan ook anders.

In een brandbrief aan het kabinet waarschuwden 24 bedrijven en 15 nationale start-ups en scale-ups onlangs voor de gevolgen van de forse bezuinigingen op onderwijs, onderzoek en innovatie voor de toekomst van onze economie en samenleving. Ingrid Thijssen van VNO-NCW kwam met de interessante suggestie om uitgaven op onderwijs anders te bekijken in de begroting, wat aan de andere kant van de wereld al met succes wordt toegepast.

De strekking van de brief was dat bezuinigingen op kennis en innovatie in feite een bezuiniging zijn op het toekomstig verdienvermogen van Nederland.

Hopelijk hebben ze hem nog kunnen lezen.

Ingrid Thijssen, voorzitter van werkgeversorganisatie VNO-NCW, werd op BNR over de brief en de bezuinigingen geïnterviewd. Ze zei in mijn ogen allerlei zinnige dingen en noemde het kabinetsbeleid 'penny wise, pound foolish', want; 'elke euro die in onderwijs en euro wordt gestopt, betaalt zich gemiddeld tweeënhalf keer zoveel terug.'

Dat is zelfs conservatief. Het economenblad ESB schat dat iedere euro die wel geïnvesteerd wordt, op termijn tot wel zes euro kan opleveren (5,80 om precies te zijn). Hierin is de impact van investeringsfondsen zoals het Nationaal Groeifonds en het Fonds Onderzoek en Wetenschap ook meegenomen. In januari al vreesde de ESB deze bezuinigen al: “aan de formatietafel zal de verleiding groot zijn om de korte termijn te laten prevaleren boven de lange termijn”. Net beleggen dus. (Het artikel is overigens een aanrader.)

De vraag is natuurlijk hoe of waar er dan wel bezuinigd kan worden. Thijssen gaf een paar suggesties en noemde ook dat er anders zou moeten worden gekeken naar onderwijs bij de begroting.

“In de spelregels van de systematiek van een rijksbegroting, telt een euro voor onderzoek en onderwijs alleen als een kostenpost. Dus er wordt gedaan alsof het nooit iets op zou leveren. Dat is raar, want aantoonbaar levert het meer op dan je uitgeeft. Dus die spelregels moeten veranderen.”

Een interessant punt. Overheden kijken niet naar activa en passiva zoals bedrijven dat doen, met als gevolg dat er bij veel beslissingen alleen gekeken wordt naar de directe impact op de begroting van dat jaar. Hierdoor is een euro die bezuinigd wordt op onderwijs inderdaad evenveel “waard” als een euro die bezuinigd wordt op bijvoorbeeld ambtenarensalarissen.

In Nieuw-Zeeland is ook de boekhouding nieuw

Zoals dat dan gaat als je je in een onderwerp interesseert las ik vervolgens op Bloomberg dat er een land is dat al ander spelregels gebruikt, namelijk Nieuw-Zeeland.

Daar zijn ze in het kader van allerlei maatregelen om een crisis in de jaren tachtig (waaronder een hoge staatsschuld) te bezweren overgegaan op een “accrual-based” aanpak van de staatsfinanciën. De gevolgen van financiële transacties worden hierbij verwerkt in het boekjaar waarin zij zich voordoen en niet wanneer de daarmee samenhangende uitgaven worden gedaan (of inkomsten worden verkregen.

Dat komt er bijvoorbeeld op neer dat een overheid nu al een voorziening moet nemen voor een pensioenbetaling in de toekomst, in plaats van zich daar nu niet druk over te maken en het pas te verwerken als de betaling gedaan moet worden (in een notendop het pensioenprobleem in veel landen). Andersom kan je met deze methode ook direct al rekening houden met toekomstige baten.

Twee vliegen in een klap

Tezamen met andere maatregelen leidde deze aanpak ertoe dat de overheidsschulden in Nieuw-Zeeland zijn afgenomen. Deze methode maakt het dus niet alleen mogelijk om zoals Thijssen suggereerde bij uitgaven aan onderwijs rekening te houden met toekomstige inkomsten, het kan zelfs een manier zijn om staatsschulden en begrotingstekorten onder controle te krijgen.

Dit kan natuurlijk niet van de ene dag op de andere veranderd worden, maar het geeft hoop dat er manieren zijn om beter om te gaan met de tegenstrijdige noodzaak van investeren in de toekomst en bezuinigen.

Mocht iemand uit dit kabinet dit artikel lezen, een van de architecten achter het succes in Nieuw-Zeeland heeft er een boek over geschreven, Public Net Worth, aangeprezen in de Financial Times. Het boek is wel wat duurder nu door de extra btw, maar dat is een ander verhaal.

Vorige
Vorige

Er zijn twee Buffett-indicatoren. Ze staan allebei op rood.

Volgende
Volgende

Polen: het nieuwe Duitsland. Maar niemand ziet het.