Vooraf keek je de 100-jarige Oostenrijkse staatsobligatie al in de kont
De enigszins plastische uitdrukking 'achteraf kijk je een koe in de kont’, wat zoveel wil zeggen als ‘achteraf is het makkelijk praten’, ken ik van technisch analist Nico Bakker. Bakker strooit graag met zelf verzonnen aforismen zoals “je moet niet nadenken maar voordenken”.
In het geval van de in juni 2020 uitgegeven 100-jarige Oostenrijkse staatsobligatie zijn beide toepasselijk.
Zodra die koe zich omdraait en de rente stijgt ziet het plaatje er opeens veel minder fraai uit
Deze obligatie kwam ik onlangs weer tegen in het wekelijkse Turbojournaal van Markets Are Everywhere en door de extreem lange looptijd is het een om meer redenen interessant verhaal.
De tot 2120 lopende obligatie werd uitgegeven in het tijdperk van ultra lage rentes, corona(steun) en lage inflatie. Er waren direct al veel stemmen te horen die zich afvroegen of een coupon van 0,85% wel opwoog tegen alle risico’s waar zelfs een land als Oostenrijk de komende 100 jaar aan blootgesteld is, te beginnen met het risico van inflatie en stijgende rentes. Dit is dus geen geval van achteraf die koe bekijken.
Het enthousiasme was er niet minder om; Oostenrijk wilde 2 miljard euro ophalen, maar er was voor 16 miljard ingeschreven.
Nu balen obligatiehouders als een stier
Ter verdediging van de kopers; de Duitse 10-jaars rente was op dat moment negatief; om 10 jaar geld uit te mogen lenen aan onze Oosterburen kostte toen 0,43% per jaar. Door corona, lage inflatie en grote obligatie opkoopprogramma’s wereldwijd leek het tijdperk van lage rente nog (lang) niet voorbij. Bovendien was de in 2017 door de Oostenrijkse staat eveneens honderdjarige lening al in waarde verdubbeld dankzij de in de ogen van beleggers in 2020 vorstelijke coupon van 2,1%.
Doordat rentes inderdaad nog even verder daalden ging het even goed; de 2120 obligatie steeg binnen een paar maanden met 40%, maar toen begon inflatie langzamerhand de kop weer op te steken.
Wat volgde was een pijnlijk lesje voor deze obligatiehouders in het begrip duration; de gevoeligheid van een obligatie voor veranderingen in de rente. Hoe langer een obligatie loopt, des te gevoeliger een obligatie is voor rentebewegingen. Als de rente stijgt daalt de koers van een obligatie en vice versa (klik hier voor uitleg).
Dat maakt deze obligatie overigens een zeer interessante belegging wanneer je de visie hebt dat de rente nu weer gepiekt heeft en kan dalen. Immers, als de rente daalt zal deze obligatie (hard) in waarde stijgen.
De tot 2120 lopende obligatie noteert nu slechts op een droevige 36% … (obligaties worden genoteerd in een percentage ten opzichte van de nominale waarde van 100%).
Maar goed, het leuke van een obligatie is dat je, tenzij de emittent failliet gaat, uiteindelijk gewoon wel 100% terugkrijgt. Nog maar 97 jaar!
Zowel de grafiek als de obligatiehouders zitten even in een dalletje. Bron: Markets Are Everywhere.
Als Oostenrijk de obligatie nu terug zou kopen kunnen ze de lening van 2 miljard voor ongeveer 700 miljoen aflossen; 1,3 miljard winst in 3 jaar, niet slecht.
Jammer dat Nederland destijds niet een miljard of 1000 aan obligaties heeft uitgegeven. Maar dat is wel achteraf de koe in de kont kijken.
WAARSCHUWING INTERESSANTE MAAR MOGELIJK COMMERCIELE MEDEDELING
Zowel de in dit artikel genoemde artikel tot 2120 en de tot 2117 lopende Oostenrijkse staatsobligaties zijn in ieder geval verkrijgbaar bij de Duitse broker Trade Republic waar ik nu voor werk.
Deze obligaties kunnen interessant zijn wanneer je een rentedaling verwacht, je verwacht hééél oud te worden of gewoon voor het pensioen van de achterkleinkinderen.
De effectieve yield is hoger op de 2117; 3,4% versus 2,73% bij de 2120. De 2120 zal wel meer profiteren van een rentedaling (en nog harder dalen bij verdere stijgingen). Wellicht is de 2120 ook wat duurder doordat er relatief meer interesse in is.
Hier een overzicht van alle bij Trade Republic aangeboden obligaties. Daar viel mijn oog bij het schrijven van deze blog opeens op een Roemeense staatsobligatie die afloopt in 2050 met een effectief rendement van 6,8% per jaar. 6,8%!
Gelukkig heb ik van Nico Bakker geleerd om voor te denken, dus ik heb er verder niet lang over nagedacht.